Werknemers die ontslagen worden of waarvan het arbeidscontract niet wordt verlengd, komen in aanmerking voor een transitievergoeding. Dat is een financiële vergoeding die na beëindiging van het dienstverband moet worden betaald door de werkgever. We leggen in dit artikel uit hoe je zelf je transitievergoeding kunt berekenen.
Onderscheid transitievergoeding en ontslagvergoeding
De transitievergoeding is een relatief nieuw begrip. Pas bij de invoering van de Wet werk & zekerheid in 2015 is de term ’transitievergoeding’ ingevoerd. Het doel daarvan was drieledig:
- Aantrekkelijker maken om werknemers een vast dienstverband aan te bieden;
- Het opvangen van een tijdelijk verlies van inkomen;
- Het makkelijker maken om een nieuwe baan te vinden, bijvoorbeeld door scholing.
Tot 2015 werden vooral de begrippen ontslagvergoeding, ontslagpremie, oprotpremie of gouden handdruk gebruikt. Die betekenen eigenlijk hetzelfde en ze bestaan ook nog steeds. De transitievergoeding is een wettelijk bepaald minimumbedrag waar je recht op hebt bij ontslag of bij het niet verlengen van je tijdelijke contract. Vaak ontbreekt echter een geldige ontslaggrond of kan deze onvoldoende worden onderbouwd. Dat biedt ruimte voor onderhandeling van betere arbeidsvoorwaarden en een hogere ontslagvergoeding (transitievergoeding + financiële resultaat onderhandeling). Een arbeidsjurist kan je daarmee helpen.
Berekening transitievergoeding
De hoogte van je transitievergoeding wordt berekend op basis aan de hand van je bruto maandsalaris en de duur van je dienstverband. Je mag je vakantiegeld, dertiende maand, gemiddelde bonus over de afgelopen drie jaar en je gemiddelde overwerkuren bij je maandsalaris optellen in de berekening. De transitievergoeding is sinds 1 januari 2021 maximaal € 84.000 bruto of één jaarsalaris als je meer dan € 84.000 per jaar verdient.
- Je krijgt 1/3 maandsalaris per gewerkt dienstjaar vanaf je eerste werkdag;
- De vergoeding over de resterende dagen wordt berekend volgens deze formule:
(Je bruto salaris ontvangen over het restant van je contract / je bruto maandsalaris) x (1/3 bruto maandsalaris / 12 maanden).
Bedenk wel dat de kosten die je werkgever heeft moeten maken voor scholing of outplacement kunnen worden afgetrokken van je transitievergoeding. Die kosten moeten wel gemaakt zijn in verband met je ontslag en met jou zijn afgestemd.
Voorbeeld berekening transitievergoeding
Ter verduidelijking berekenen we je transitievergoeding aan de hand van een voorbeeld. Stel dat je 5 jaar en 15 dagen in dienst bent geweest voor een bruto maandsalaris van € 3.750. Je bruto uurloon was € 25 en je werkte 8 uur per dag.
- Eerst wordt de transitievergoeding berekend over het aantal volledig gewerkte jaren: 5 jaar x (1/3 van € 3.750) = € 6.250.
- Dan wordt de transitievergoeding berekend over de laatste 15 dagen. Dat is 10 (dagen) x 8 (uren) x € 25 (bruto uurloon) = € 2.000.
- Afsluitend kun je de standaardformule voor de berekening gebruiken. Dat is € 2.000 / € 3.750) x (€ 1.250 / 12 maanden) = € 55,56.
- De totale transitievergoeding is dus € 6.250 + € 55,56 = € 6.305,56.
Liever niet zelf rekenen? Gebruik dan deze gratis rekentool om de transitievergoeding te berekenen.